Analyse
Klimaatplan EU is de ‘Europese maanlanding’
Duurzaamheid De ‘European Green Deal’ die woensdag gepresenteerd is, is veelomvattend en uiterst ambitieus. Maar veel is nog onduidelijk, onder meer over de financiering, en over elk onderdeel van het plan zal discussie ontstaan.
Clara van de WielErik van der Walle
11 december 2019 om 22:11
Leestijd 6 minutenCommissievoorzitter Ursula von der Leyen tijdens de presentatie van de Europese Green Deal in het Europees Parlement. Klimaatcommissaris Frans Timmermans (rechts) kijkt toe.
Francois Lenoir/Reuters
De Europese variant van de maanlanding. De grootste uitdaging en kans van onze tijd. Aan zware woorden geen gebrek woensdag, bij de presentatie van de ‘European Green Deal’. Het pakket klimaatplannen dat voorzitter van de Europese Commissie Ursula von der Leyen en klimaatcommissaris Frans Timmermans voorstelden is veelomvattend, ingrijpend en uiterst ambitieus.Lees ook: Aan groene ambitie geen gebrek, maar hoe hoog leggen de EU-lidstaten de lat?
De Green Deal raakt alle sectoren van de Europese economie. Het gaat om een uitgebreide routekaart richting een klimaatneutrale toekomst, waarin regels worden aangescherpt, subsidiestromen verlegd en investeringen gestimuleerd. Van een kilometerheffing, massale bomenaanplant, een CO2-grensheffing tot het renoveren van miljoenen huizen: geen burger of bedrijf krijgt niet met de plannen, als ze worden uitgevoerd, te maken. Het doel, geen CO2-uitstoot meer in 2050, wordt aankomend jaar al in een speciale Europese klimaatwet vastgelegd.In haar groene ambities gaat de Europese Commissie ver, een stuk verder dan welke EU-lidstaat ook. Het hele pakket wordt de komende jaren in wetsvoorstellen, actieplannen en strategieën omgezet, die steeds door zowel de lidstaten als het Europees Parlement moeten worden goedgekeurd. Er zit haast achter, maar tegelijk tekent zich nu al af dat er over elk afzonderlijk voorstel discussie zal ontstaan. Deze woensdag nog, lukte het lidstaten niet een akkoord te bereiken over voorwaarden waar een ‘groene belegging’ aan moet voldoen. Mag ook kernenergie daaronder vallen? Een besluit werd weer uitgesteld.
Belasten van transport
Kijk je vanaf een afstandje naar alle plannen, dan zijn het vooral de voorstellen voor het belasten van transport die er concreet uit springen. En die grote impact kunnen hebben op de levens van mensen. „Makkelijk wordt het zeker niet”, erkende Timmermans. De pijn zal voelbaar worden, gaf hij als voorbeeld, bij mensen die sterk van hun auto afhankelijk zijn. Een door de Commissie voorgesteld ‘mechanisme voor de eerlijke transitie’, met onder meer een flinke som geld, moet de overgang voor de burgers en regio’s die het hardst geraakt worden verzachten. Maar alleen al over de vraag wie daarop aanspraak mag maken is er meteen discussie, net als over wie hoeveel betaalt. Timmermans: „We bieden geen geld voor de transitie, want die moet iedereen maken. Het fonds is er alleen om het eerlijk te doen.”Zo ambitieus als de plannen zijn, zoveel is ook nog onduidelijk. De details van alle voorstellen, van biodiversiteitsstrategie tot ‘Schoon Staal-plan’, zullen de komende periode pas uitgewerkt worden. En ook als het gaat om financiering blijft veel onzeker. Los van het geld voor het ‘eerlijke fonds’ verwacht Timmermans dat jaarlijks tussen de 250 en 300 miljard euro nodig zal zijn. Maar hoeveel daarvan door belastingbetalers wordt opgebracht, kon hij niet zeggen. Alles hangt af van hoe goed men erin slaagt de private sector te belasten, bijvoorbeeld luchtvaartbedrijven of de grote industrie. Net als van hoeveel de Commissie op de financiële markten kan ophalen.
Signaal voor rest van de wereld
De grote ambities van de Commissie zijn een signaal, niet alleen aan de lidstaten maar ook aan de rest van de wereld. Ook daarmee hoopt de Commissie geld los te krijgen. Door het klimaatdoel vast te leggen in wetgeving, zo is de gedachte, hebben bedrijven zekerheid en zullen ze eerder bereid zijn hun groene investeringen in Europa te concentreren.De Europese plannen voor de aanscherping van veel strenger klimaatbeleid komen op een moment dat de inkt van het Nederlandse klimaatakkoord nog maar net droog is. Vorige maand berekende het Planbureau voor de Leefomgeving dat het nationale akkoord zijn doelstelling – 49 procent minder CO2-uitstoot in 2030 – net niet zal halen.
Het Europese doel voor 2030 zal hoe dan ook hoger liggen: op 50 procent of, na een grondige analyse van wat de Commissie wil uitvoeren, zelfs op 55 procent.
Omdat de Green Deal nog nauwelijks is uitgewerkt, valt nu niet te zeggen waar Nederland een stapje extra moet doen. Den Haag is in elk geval beducht dat het nieuwe beleid nog meer van de Nederlandse burger gaat vragen. In de ogen van het kabinet wordt de bezitter van een huis of auto de komende jaren voldoende geraakt: hetzij door noodzakelijke investeringen, hetzij door hogere lasten.
Maar een Green Deal kan volgens bronnen in Den Haag ook positief werken. Door de Europese aanpak is de kans op vertrek van Nederlandse bedrijven minder groot. Die angst speelt nu een grote rol bij de nationale plannen om een eigen CO2-heffing voor de industrie in te voeren. Die nationale heffing zal vanaf 2021 worden opgelegd. Daarnaast kunnen scherpere Europese eisen ook een positieve rol spelen in de aanpak van de Nederlandse uitstoot, is de verwachting. De milieu-eisen die bijvoorbeeld aan de autoindustrie worden gesteld, komen voor het grootste deel uit Brussel.
Dit zijn de maatregelen per sector:
Verontreiniging: massaal bos aanplantenOntmoedigend, zo oordeelde het Europese Milieuagentschap (EEA) vorige week over de vooruitzichten voor het milieu in Europa. De eigen Europese doelstellingen voor het in stand houden van biodiversiteit worden niet gehaald, slechts 16 procent van de beschermde leefgebieden is in goede staat en 62 procent van het Europese ecosysteem wordt blootgesteld aan te hoge stikstofconcentraties. Ook de lucht- en waterkwaliteit zijn zorgelijk: 400.000 Europeanen sterven jaarlijks aan te hoge concentraties fijnstof. De plannen van de Commissie op dit terrein zijn ambitieus, maar vooralsnog ook wat vaag. Komend voorjaar komt men met een biodiversiteitsstrategie, in 2021 volgt een ‘actieplan verontreiniging’. Concreet is het plan om massaal nieuw bos aan te planten. In handelsakkoorden moet daarnaast streng worden gelet op de impact op bossen elders op de wereld.
Maar in het handhaven van milieu- en natuurwetgeving, laat staan het aanscherpen, bleek Europa in het verleden op z’n zachtst gezegd weinig effectief. Dat erkende Timmermans woensdag. Bij het invoeren van nieuwe normen zei hij steeds vooraf te willen onderzoeken hoe ze kunnen worden gehandhaafd en wat concrete sancties kunnen zijn.
Transport: Europees rekeningrijden
Het verduurzamen van de transportsector is cruciaal voor het slagen van de groene transitie: vervoer vervuilt, of het nu op de weg, op zee of in de lucht is. De kosten daarvan worden nauwelijks doorberekend. Zo is de maritieme sector uitgezonderd van een uitstootbelasting. Dat moet veranderen: de zeevaart wil de Commissie per 2021 opnemen in het emissiehandelsysteem. Tegelijk wil ze de ruime hoeveelheid gratis emissierechten die de luchtvaartsector krijgt omlaag brengen. De uitstootnormen voor het wegverkeer moeten ook omlaag, waarbij de norm voor nieuwe auto’s emissieloos wordt. Om die overgang mogelijk te maken, wil de Commissie in 2025 een miljoen laadpalen gerealiseerd hebben. Het uitwerken van een belasting van wegvervoer wordt een hele klus. Wordt het een kilometerheffing, die in alle lidstaten geldt? Dat betekent een veel hogere druk in armere lidstaten. Veel Europeanen zijn nog altijd zeer afhankelijk van auto’s. Beleid om dat te veranderen kan op grote weerstand rekenen. Ook in Nederland zal de weerstand tegen rekeningrijden groot zijn. Specialisten rond het klimaatakkoord zijn ervan overtuigd dat zonder rekeningrijden een snelle beperking van CO2-uitstoot in het verkeer veel moeilijker is.
Landbouw: controle en sancties
Landbouw belooft een hoofdpijndossier te worden. Terwijl de sector voor 1,5 procent van de Europese economie staat, is ze verantwoordelijk voor ongeveer 10 procent van de broeikasuitstoot. En waar die uitstoot in andere sectoren daalt, gebeurt dat in de landbouw nauwelijks. De Commissie wil de milieu- en klimaatambities flink opschroeven. Lidstaten moeten plannen voor het vergroenen van hun eigen landbouwsector aan de Commissie voorleggen, voor ze geld krijgen. In het voorjaar van 2020 wil de Commissie een ‘Farm to Fork-strategie’ presenteren, waarmee het gebruik van pesticiden, kunstmest en antibiotica wordt teruggedrongen.
In theorie kan de EU via landbouwsubsidies grote invloed uitoefenen, in de praktijk verdedigen lidstaten de inkomenssteun aan boeren fel en wordt de sector nauwelijks gestimuleerd tot groener beleid. Probleem bij de uitvoering van de groenere landbouwplannen wordt vooral controle en sancties. De EU heeft op dat gebied geen beste staat. Nederland pleit in Brussel al langer voor een groener landbouwbeleid. De Nederlandse landbouwsector loopt qua innovatie voor op veel andere lidstaten. Tegelijk zal ook Nederland grote stappen moeten zetten in het vergroenen van de landbouwsector.
Energie: renovatiegolf
De productie en het gebruik van energie veroorzaken meer dan driekwart van de uitstoot. Doelstelling voor 2020 is dat Europa voor 20 procent duurzame energie (uit wind, zon en waterkracht) gebruikt en die doelstelling wordt gehaald. In 2017 lag dat percentage op 18 procent. Voor Nederland geldt een lager doel in 2020 (14 procent), maar nu al is duidelijk dat Nederland dat niet gaat halen en vermoedelijk op ruim 12 procent uitkomt.
Als Europa in 2050 klimaatneutraal wil zijn, is het volgens Brussel noodzakelijk om internationale stroomnetwerken beter op elkaar aan te sluiten. Op die manier kunnen tijdelijke tekorten of overschotten het hoofd worden geboden. Producten moeten efficiënter worden en het aandeel duurzame energie moet verder omhoog. Lidstaten moeten in 2023 met nieuwe energieplannen komen om de doelstellingen te halen. In 2020 komt de Commissie zelf met plannen om meer gebruik te gaan maken van windparken op zee.
De Commissie bepleit daarnaast een „renovatiegolf” van woningen en publieke gebouwen zoals scholen. In 2020 moeten deze plannen, gepresenteerd worden. Ze beogen ook de bouwsector te stimuleren en de isolatie van miljoenen gebouwen te verbeteren.
Industrie: gerecycled materiaal
Bij het industriebeleid staat niet alleen de reductie van CO2 centraal. De Commissie constateert dat de industrie op dit moment driemaal meer grondstoffen aan de wereld onttrekt dan in 1970. En dat slechts 12 procent van het gebruikte materiaal afkomstig is van hergebruik. De industrie is voor 20 procent verantwoordelijk voor de Europese uitstoot van broeikasgassen.
Verpakkingen moeten vanaf 2030 uit gerecycled materiaal bestaan, de vervuiling van water en lucht moet veel beter worden geregistreerd en het hergebruik van bijvoorbeeld mobiele telefoons en opladers dient te worden verbeterd.
De Commissie wil komend jaar al een plan presenteren voor het werken aan de productie van ‘schoon staal’ in 2030.
Om te voorkomen dat vervuilende industrie als gevolg van regels en heffingen uit Europa verhuist, wordt nagedacht over een zogeheten ‘carbon border tax’. In die heffing op importgoederen moet de uitstoot van CO2 worden doorberekend. Zo kan oneerlijke concurrentie worden voorkomen.
— Lees op www.nrc.nl/nieuws/2019/12/11/klimaatplan-eu-is-de-europese-maanlanding-a3983568